De relatie tussen werkgeverschap, werknemerschap en organisatiesucces

Mijn naam is Merel van der Lei. Onlangs heb ik samen met mijn collega’s het rapport “Het verborgen potentieel van werkend Nederland” uitgebracht. Daarin beschrijven we de relatie tussen werkgeverschap, werknemerschap en organisatiesucces. Werkgeverschap kun je zien als de inzet van de organisatie om medewerkers optimaal te laten presteren. Werknemerschap is de inzet van de medewerker zelf om die prestaties ook daadwerkelijk neer te zetten, denk dan bijvoorbeeld aan bevlogenheid en betrokkenheid. De relatie tussen werkgeverschap en werknemerschap is een complex iets. Het is heel erg belangrijk voor een organisatie om ervoor te zorgen dat die twee samen in balans zijn, dat je het juiste werkgeverschap biedt voor medewerkers om die inzet te kunnen tonen en om volledig te kunnen presteren. Wat is nu een makkelijke metafoor om werkgeverschap en werknemerschap goed te kunnen uitleggen? Je kunt werknemerschap zien als een medewerker die op de fiets zit. De medewerker toont inzet om vooruit te komen, hij trapt namelijk, en dat gaat best lekker. Op het moment dat het werkgeverschap van de organisatie niet goed is afgestemd op die medewerker, dan zal die medewerker het werkgeverschap als tegenwind ervaren. De medewerker komt niet makkelijk vooruit, hij zal steeds harder moeten trappen om hetzelfde resultaat te behalen en dat is iets wat je niet erg prettig vindt. Op het moment dat het werkgeverschap wel goed is afgestemd op de medewerkers, dan zal je zien dat die werkgeverschap fungeert als rugwind. De medewerker heeft de wind mee, kan ontzettend lekker vooruit trappen en zal sneller het resultaat behalen. Op zo een moment is het werkgeverschap en het werknemerschap goed in balans en zal je als organisatie de beste prestaties neerzetten.