Besluitvorming binnen een zelfsturende organisatie. Het is een onderwerp waar we veel vragen over krijgen, omdat veel mensen het gevoel hebben dat zelfsturende organisaties minder effectief zijn dan traditionele organisaties.
Hoe neem je besluiten in een zelfsturende organisatie?
Overal over meepraten
Als ik terugkijk op de tijd dat we net zelfsturend waren, dan klopt dat beeld zeker. Het is nu meer dan een jaar of drie geleden dat we de transitie maakten, en in het begin wilden medewerkers overal over meebeslissen. Tenslotte was dat hun nieuwe verantwoordelijkheid, en die wilden ze met elkaar nemen. Gelukkig kwamen de verschillende teams erachter dat dit niet de meest effectieve manier was. Er ontstond een enorm creatief proces waarin iedereen volop experimenteerde: wat werkte wel, wat niet, en hoe konden teams hun besluitvorming het beste aanpakken?
Een belangrijke vraag om te stellen als je denkt aan zelfsturing
Bubbels waren de oplossing
Wat we nu zien, is dat mensen zich steeds meer gaan specialiseren. Ze beslissen mee over thema’s waar ze echt iets van vinden, en vertrouwen erop dat anderen de rest oppakken. Uiteindelijk hebben al onze teams ongeveer dezelfde besluitvormingsstructuur aangenomen: bijna iedereen werkt nu volgens het ‘bubbelmodel’. Hierin is iedere ‘bubbel’ verantwoordelijk voor een deelgebied binnen het team. Commercie bijvoorbeeld, of operatie of HR. Medewerkers kiezen de bubbel die het dichtst bij hun interesse en expertise ligt.
Beslissen op de werkvloer
Het model is effectief doordat de bubbels gevormd worden door specialisten. Dat is anders dan bij traditionele organisaties waarin managers de besluiten nemen. En misschien wel effectiever. Want de specialisten zitten in de frontlinie van het vakgebied: ze doen het dagelijks werk, en weten als geen ander wat er nodig is om dat nog beter te doen. Terwijl leidinggevenden vaak toch wat verder van de werkvloer af zitten. In het ‘bubbelmodel’ worden de beslissingen op dezelfde plek genomen als waar ze worden uitgevoerd.